Misschien heb je de blogposts naar aanleiding van het CSR Trend Report 2015 op onze site al gelezen. Lars Moratis is de schrijver van het rapport en academisch directeur en professor bij het Competence Center Corporate Responsibility. Tijd om eens naar de achtergronden van het onderzoek en het begrip Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen zelf te vragen.
U werkt in België en in Nederland op dit vakgebied, merkt u verschillen in hoe bedrijven en politiek in de beide landen met MVO omgaan?
Nederland heeft een aantal toonaangevende bedrijven. Qua politiek is het verschil wel moeilijker te benoemen. Duurzaam ondernemen gaat in België vooral over sociale economie, bedrijven zonder winstoogmerk, of bedrijven die uitkijken naar mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Die lading van MVO in een land wordt ook deels door bepaald door de politiek. Er zijn ook overeenkomsten, bijvoorbeeld circulaire economie. In België zijn ze om een of andere reden zijn wat sneller met het adopteren van de sustainable goals agenda. Er zijn veel activiteiten op dat vlak, ook in Antwerpen.
“België is in MVO ten op zichte van andere landen best vooruitstrevend.”
Hoe zijn Belgische bedrijven bezig met MVO ten op zichte van andere landen?
België is ten op zichte van andere landen best vooruitstrevend. Tien, twaalf jaar geleden kwam het initiatief om er voor te zorgen dat bedrijven werden gesensibiliseerd op vlak van MVO. Ook MVO Nederland is toen ontstaan, maar in België is het gefragmenteerder gegroeid. In België focussen we ons ook op alle thema’s; ethiek, ingretiteit, circulaire economie, mensen met afstand tot arbeidsmarkt. In een thema als duurzame businessmodellen lopen Nederland en andere landen wel voor. Voor een deel proberen wij daar als Competence Center een bevorderende rol in te spelen. De Barometer van Antwerp Management School wees ook uit dat de positieve trend van het duurzaam ondernemen door Belgische bedrijven blijft doorzetten.
Geldt dat ook voor de midden tot kleine bedrijven?
Het ligt er een beetje aan welke criteria je hanteert. Voor energiebesparing zijn deze ondernemers vaak wel gevoelig, want dat levert een rendement op relatief korte termijn op. Familiebedrijven kijken ook wel meer naar de lange termijn, dus maken ook meer duurzame keuzes. Over het algemeen is er wel wat onwetendheid. Ze hebben vaak geen weet van wat circulaire economie is. Dit is toevallig ook wel een heel specifiek concept, maar je moet een gesprek voeren op praktisch niveau om erachter te komen welke begrippen ze al hanteren. Managers van kleinere bedrijven komen steeds meer naar AMS. De interesse is er wel, maar bedrijven ervaren wel een barrière om daar op korte termijn in te willen investeren.
“De interesse van kleinere bedrijven is er wel, maar ze ervaren wel een barrière om daar op korte termijn in te willen investeren.”
In hoeverre zijn Belgische MVO-managers succesvol?
Er zijn best wel wat duurzaamheidsstandaarden. In feite zou je ze op al die standaarden de maat kunnen nemen vanuit het bedrijf zelf, maar er is geen overkoepelende duurzaamheidstest. Op de sustainable goals agenda staan de belangrijkste globale problematieken. Bedrijven kunnen zelf aangeven welke doelstellingen zij relevant vinden en zo vanuit hun core business het verschil maken. Zo vertaal je duurzaamheid naar je eigen business. Het kost je dan niet alleen maar iets en je kunt gericht bepalen wat je grootste doel is.
In hoeverre integreren bedrijven bepaalde richtlijnen enkel vanwege maatschappelijke druk?
Wat betreft de MVO-motivaties bij bedrijven stellen we: 1. omdat het moet, 2. omdat het hoort, 3. omdat het loopt. Bij het eerste punt zien we vaak dat er dringende voorwaarden gevraagd worden door overheid en leveranciers, maar van dwingende wetgeving is nog geen sprake. Bij ‘omdat het hoort’ is te merken dat veel ondernemers iets terug willen doen voor de buurt. Het derde punt waarom men de MVO-strategie ontwikkelt is vanwege het economisch gewin. Dit gebeurt echter vaak niet op korte termijn.
Op welke manier kan een goede MVO-uitwerking in het bedrijf zorgen voor een betere strategische positie?
MVO kan strategisch zijn doordat men resources zeker stelt, rekening houdt met de eigen positionering op de arbeidsmarkt en zeker ook investeringskansen vergroot voor impact investors. Dat zijn investeerders die willen investeren in bedrijven die het verschil kunnen maken en niet de economische winst op de eerste plaats zetten. Veel analisten zien een relatie tussen het belang van bijvoorbeeld ecologische kwaliteit aan de ene kant en aan de andere kant de continuiteit met het afdekken van risico’s. Een ontwikkeling van het afgelopen jaar is dat er steeds meer bedrijven komen met een minder groot risicoprofiel.
“Een ontwikkeling van het afgelopen jaar is dat er steeds meer bedrijven komen met een minder groot risicoprofiel.”
Het Belgische Umicore werd door een Canadees magazine op nr. 1 in de top 100 van meest duurzame bedrijven gezet. Spelen de media nog een rol in hoe bedrijven zich profileren?
Het mooie aan het specifieke geval van Umicore is dat het laat zien dat een transitie van niet-duurzaam naar duurzaam mogelijk is. Een ander voorbeeld van een Belgisch bedrijf dat het goed doet is Spadel. Vooraf heb je daar een aantal ideeën over, maar als je het bedrijf leert kennen dan zie je dat het goed gaat. De media zou een grotere rol mogen vervullen in de verslaggeving. Natuurlijk moeten bedrijven kritisch bevraagd worden, maar het mag wel eens minder negatief. Er zouden veel goede voorbeelden belicht kunnen worden en de keuzes die zij maken onderzoeken.
Van welke ontwikkelingen in het bedrijfsleven van de afgelopen 2 jaar wordt u optimistisch?
Voor een deel zit mijn geloof in technologie om duurzaamheidsdoelen te bevorderen. Zelfs op vlak energiebesparing in huis. Verder zie je meer sociaal ondernemerschap. De jonge generatie stelt hoge doelen. Een derde ontwikkeling is dat bedrijven ook durven te communiceren op meer aspirationele manieren (bijvoorbeeld de klimaatbelofte van Unilver tijdens de Parijse klimaattop). Daar kun je heel kritisch over zijn, maar ze zeggen het wel. Ze verplichten zich wel ergens toe.
“Bedrijven durven op meer aspirationele manieren te communiceren. Daar kun je heel kritisch over zijn, maar ze verplichten zich wel ergens toe.”
Hoeveel aandacht is er in bedrijfskundige opleidingen voor MVO?
De laatste tien jaar is er steeds meer aandacht voor in het managementonderwijs, ook voor deel door accreditatieschema’s en ook wel door het voorbeeld van de Verenigde Staten. In Nederland is er bij de meeste bedrijfskundige studies wel aandacht voor, maar nog niet voldoende. Als ik nadenk over hoe managementonderwijs eruit zou moeten zien om te kunnen bijdragen aan een duurzame toekomst, dan moeten we toch een tandje bijsteken. Op Antwerp Management School willen we studenten in staat stellen uit die kennis te putten en meteen mee te denken over wat die kaders doen op andere vlakken.
Wat heeft Antwerp Management School te bieden in kader van opleiding en MVO?
Het aardige van AMS is dat er met veel toewijding gewerkt wordt en dat het duaal gebeurt: het bedrijskundige enerzijds en het wetenschappelijke anderzijds. Dat is een interessant profiel. In hun pijlers bekennen ze ook kleur over hun doel om van hun studenten wereldburgers te maken aan de hand van: “Self-Awareness, Global Perspective, and Societal Consciousness”. Ons Competence Center wil bedrijven competent maken in die maatschappelijke dimensie. Het gaat om onderzoek, maar ook om toepassing en tooling. De vertaling van praktijk naar onderwijs en van onderwijs naar praktijk met behulp van tools die wij aanreiken.
“Als je niet goed kunt verwoorden wat de maatschappelijke meerwaarde is van je bedrijf, dan mis je de connectie met de tijdsgeest, die je uiteindelijk duur zal komen te staan.”
Wil je weten wat wij ondernemen op vlak van duurzame transformatie?